Jurgen Sernee: "Onze digitale strategie zit in een stroomversnelling"


Direct na de uitbraak van het coronavirus heeft Noordwest Ziekenhuisgroep de patiëntenzorg uitgebreid met videobellen. Hiermee kon de reguliere zorg zoveel mogelijk worden gecontinueerd. Nu de eerste piek voorbij is, blijft Noordwest Ziekenhuisgroep het videobellen in de huiskamer van de patiënt faciliteren. Jurgen Sernee (lid raad van bestuur), Alexander Lopes Cardozo (Chirurg en Chief Medical Information Officer) en Ed de Myttenaere (Chief Information Officer) zijn warm pleitbezorgers van deze technologie. "Ons digitale ziekenhuis en de hiermee samenhangende strategie is door COVID-19 in een stroomversnelling gekomen", vertelt Jurgen Sernee.

 

Als ziekenhuisbestuurder heeft Jurgen Sernee ICT-innovaties hoog in het vaandel staan en wanneer het gaat om snelle adoptie van nieuwe verrijkingen in HiX, is Noordwest zeer ambitieus. Zo stond de uitrol van videoconsulten vanuit HiX hoog op de verlanglijst. Door de coronauitbraak vond de implementatie en de uitrol versneld plaats. Door het faciliteren van videoconsulten werd het zorgproces gecontinueerd en was tóch face-to-face contact tussen patiënt en arts mogelijk. Artsen openen het videoconsult vanuit de agenda in HiX, terwijl patiënten inloggen vanuit hun patiëntenportaal Mijn Noordwest. Op die manier wordt er een veilige verbinding opgestart en heeft de arts alle patiënteninformatie en registratiemogelijkheden direct bij de hand. "De inzet van videobellen was al opgenomen in onze digitale strategie," vertelt Jurgen Sernee. "maar samen met ChipSoft en MicroSoft Teams is videobellen, geïntegreerd in HiX, direct mogelijk gemaakt."  

"We hebben onze
verantwoordelijkheid genomen"

Waar een dergelijke toepassing in normale omstandigheden wordt gestart met een pilot of gefaseerd wordt uitgerold, stelde Noordwest het videobellen per direct beschikbaar aan zeventien specialismen. Jurgen Sernee: "Inmiddels zitten we in de fase dat onze expertgroep krachtig zegt dat dit een van onze nieuwe standaarden wordt. Videobellen is straks niet meer vrijblijvend, maar 'gewoon' een van de methodes om online polibezoeken te faciliteren. Hiermee nemen we als ziekenhuis onze verantwoordelijkheid en passen we deze moderne technologie ook in de zorg toe.

Doordat zeventien specialismen het videobellen tegelijk in gebruik namen, was de leercurve groot, vertelt Jurgen Sernee. "Sommigen artsen waren terughoudend over deze nieuwe manier van werken,  maar het merendeel is nu zeer enthousiast."

Alexander Lopes Cardozo is als oncologisch chirurg en Chief Medical Information Officer zeer betrokken bij de uitrol van videobellen. Hij is overtuigd van de meerwaarde van deze nieuwe werkwijze. "Met videobellen is er vergelijkbaar contact als in de spreekkamer. Het heeft geen effect op de kwaliteit van zorg. Die is net zo goed. De patiënt hoeft eigenlijk alleen voor lichamelijk onderzoek nog langs te komen, veel andere dingen kunnen online. Videobellen is van geweldige waarde om contact met de patiënt te houden."

"Dat patiënten het
ook als voordeel zien,
vind ik fantastisch"

Zowel artsen als patiënten zijn positief, merkt Lopes Cardozo: "Patiënten vinden het heel fijn dat zij op deze manier persoonlijk contact hebben met hun arts. Het scheelt patiënten veel tijd. Er zijn geen onnodige wachttijden in het ziekenhuis en patiënten hoeven geen parkeerplaats te zoeken of begeleiding mee te nemen".

Dat de coronacrisis nieuwe deuren opent, is volgens Lopes Cardozo evident: "Deze crisis heeft enorm veel barricades doen verdwijnen. Zaken die we altijd al wilden doen, kunnen nu veel sneller geïmplementeerd worden. Videobellen is daar een mooi voorbeeld van. Wat dat betreft hebben we op een passende manier invulling gegeven aan het Engelse gezegde never waste a good crisis."

Inmiddels verloopt zo'n dertig procent van alle patiëntcontacten via videobellen. Jurgen Sernee: "Mijn verwachting is dat dit percentage stabiliseert rond de dertig procent." Dat de eerste piek van coronapatiënten nu achter ons ligt en de reguliere zorg langzaamaan opstart, doet hier wat de bestuurder betreft niet aan af. "De reguliere zorg start namelijk anders op dan we gewend waren, met 1,5-meter-poli's. Hierdoor kunnen we fysiek tot 40 à 50% aan van wat we gewend waren. Daarom blijft de noodzaak van videobellen groot. De medische staf en expertgroep zijn ervan overtuigd dat dit een break through is die onze processen op de polikliniek voorgoed verandert. Dat onze expertgroep het videobellen zo stevig omarmt, kun je als ziekenhuisbestuurder alleen maar aanmoedigen en faciliteren." 

De samenwerking tussen Noordwest, ChipSoft en Microsoft liep als een geoliede machine, blikt Jurgen Sernee terug. "We kennen elkaar al lang en weten wat we van elkaar kunnen en mogen verwachten. We hebben veel en snel met elkaar geschakeld, met korte lijnen tussen leveranciers, onze ICT-afdeling en de dokters. Dat heb ik als uitermate prettig ervaren."

Als Chief Information Officer speelde Ed de Mytttenaere een belangrijke rol bij de introductie van videoconsulten. Zijn uitdaging lag met name in de technische invulling. Ed de Myttenaere: "De randvoorwaarden vanuit technisch perspectief zijn dat je er rekening mee moet houden dat de Citrix-omgeving van het ziekenhuis de grote extra load aankan. Videobellen vergt namelijk meer resources - rekenkracht en geheugen - dan op afstand vergaderen zónder video. Daarnaast is de apparatuur die je selecteert belangrijk, zoals de webcam en soundbar. Die moeten ook binnen Citrix plug-and-play zijn. Maar misschien wel het allerbelangrijkste zijn de vele instellingen en policies die er zijn om geluid te kunnen horen of beeld te kunnen zien. Deze instellingen zijn niet alleen op de lokale desktop te vinden, maar ook binnen je Citrix omgeving."

Om de infrastructuur te schalen naar de verwachte load, heeft Noordwest met name extra geheugen aangeschaft voor de Citrix-omgeving en SSD-disks om als swapfile te dienen. Daarnaast zet het ziekenhuis Citrix-technologie (HDX) in die multimediaverkeer efficiënt afhandelt. De Myttenaere: "We zijn proefondervindelijk achter alle instellingen gekomen en hebben deze samen met de policies via centrale scripts doorgevoerd op alle werkplekken."

"Nieuwe achtergrond zorgt
voor esthetisch
prettige patiëntervaring"

Om het videobellen voor patiënten ook esthetisch een prettige ervaring te maken, ontwikkelt Noordwest momenteel een nieuwe achtergrond voor de artsen. "Deze achtergrond moet een behandelkamer voorstellen, waarin ook een logo van Noordwest of een ander Noordwest-herkenningspunt is te zien", vertelt de CIO. "Die achtergrond kunnen we zelf toevoegen en het is de bedoeling dat de medisch specialisten deze standaard gaan gebruiken bij hun videoconsult."

Waar Ed de Myttenaere nog het meest over te spreken is, is de integratie van videobellen in HiX. "Die integratie biedt veel voordelen. Het werkt voor artsen heel efficiënt: de dokter heeft een videobellen-button in HiX en ziet op het moment dat de verbinding tot stand is gebracht de aangemelde patiënt in de virtuele wachtkamer. Als de arts er klaar voor is, plaatst hij de patiënt in zijn virtuele spreekkamer en begint het consult. Daarbij kan hij direct informatie en eventueel radiologische beelden delen met de patiënt. De patiënt kan, net als bij een fysiek consult, met de dokter meekijken."

Naast efficiëntie noemt Ed de Myttenaere veiligheid een belangrijk voordeel van de integratie. "Bij videobellen vanuit HiX deelt de arts altijd de juiste informatie met de juiste patiënt. Voor patiënten is het ook veilig, want hun privacy is gewaarborgd via het patiëntenportaal 'Mijn Noordwest'. Patiënten loggen in op het portaal, navigeren naar hun afspraak en klikken op de videobellen-button, die hen verbindt met Noordwest en in de virtuele wachtkamer plaatst. Kortom, de integratie is zowel voor de patiënt als de arts eenvoudig te bedienen. We voegen deze oplossing als standaard communicatiemiddel aan ons palet toe."  

Waar werkt Noordwest Ziekenhuisgroep nog meer aan…

Jurgen Sernee: “We werken hard verder aan het optimaliseren van ons portaal Mijn Noordwest. Zo willen we meer vragenlijsten en anamnese toevoegen om de patient journey zo prettig mogelijk te maken. Een ander speerpunt is digitale samenwerking en gegevensuitwisseling in de regio, met de verpleegzorg, verzorgingshuizen en thuiszorg. ‘Corona’ laat zien hoe belangrijk het is om die ontwikkeling door te pakken. Betere samenwerking zorgt ervoor dat we patiënten niet fysiek hoeven te verplaatsen, maar dat we hen op andere manieren in de gaten kunnen houden. Denk bijvoorbeeld aan patiëntmonitoring. Deze digitale ontwikkeling zat al in de ‘pijplijn’, met inzet van een beperkt aantal mensen, maar wat je nu steeds vaker ziet – en daar word ik heel enthousiast van – is dat er bij digitale ontwikkelingen niet meer een klein groepje medewerkers is dat vooruitloopt, maar dat iedereen meewerkt. Wat dat betreft is het net een grote HiX-implementatie. We moeten er even aan wennen, maar daarna is het alsof het nooit anders is geweest.”